Connect with us

Fitness

Vergeten olympische sport: Nederland won ooit zilver met touwtrekken

Published

on

Het Nederlands touwtrekteam tegen België op de Spelen van 1920

NOS Sport

  • Edwin Cornelissen

    verslaggever NOS Sport

  • Edwin Cornelissen

    verslaggever NOS Sport

Bij de Olympische Spelen in Parijs zijn 32 sporten te zien. Er komen regelmatig nieuwe sporten bij, maar er is ook een aantal sporten uit het collectieve geheugen verdwenen. Daarom was er wekelijks aandacht voor een vergeten olympische sport. Vandaag de laatste uit de serie: het touwtrekken.

Direct bij het openen van de deur van de werkplaats klinkt gepuf, gekreun, geschreeuw. Gereedschap, emmers en containers zijn aan de kant geschoven. Op de betonnen vloer liggen twee lange rubberen matten. Daarop staan twee groepen van vijf breedgeschouderde mannen te trekken aan touwen die verbonden zijn aan een grote stellage met zware gewichten.

“Noem het een soort oversized fitnesstoestel”, zegt Tijmen van Rossum, de aanvoerder van het stel. “Daarmee kunnen we een krachttraining doen, zodat we met het hele team een paar honderd kilo omhoog kunnen trekken.” Het is de brute kracht, maar ook het spel van details, tactiek en teamgeest dat de mannen drie keer per week naar de touwen trekt.

Zilver Nederland

Toen touwtrekken tijdens de Spelen van Parijs in 1900 zijn olympische debuut maakte, was dat als onderdeel van het atletiekprogramma. Een echte competitie werd het niet. Slechts twee teams verschenen aan de start: een Scandinavische ploeg, die bestond uit Zweden en Denen, en een Franse equipe.

Ondanks de gebrekkige animo in Parijs bleef touwtrekken olympisch tot en met de Spelen van 1920 in Antwerpen, waar een Nederlands achttal zelfs het zilver veroverde.

Touwtrekken

Controverse was er ook rondom het olympisch touwtrekken. De Amerikaanse ploeg nam het in 1908 op tegen een Brits team, dat bestond uit politieagenten uit Liverpool. Bij de Amerikanen rees het vermoeden dat hun tegenstanders aantraden met spikes onder de schoenen, een schending van de regels. Een protest mocht niet baten, waarna de Amerikanen zich terugtrokken en reglementair verloren.

Ook nu nog speelt schoeisel een cruciale rol bij touwtrekken. “Het is steeds technischer geworden”, vertelt Wijnand van Deelen, die als verzorger bij de ploeg betrokken is. “Vroeger stonden ze gewoon op legerkistjes. Daarna werden het bergschoenen. En dat heeft zich doorontwikkeld tot de schoenen van nu.”

Een van de oudere sporters rust op een bankje even uit en laat zijn schoenen zien. “Daar zit nieuw rubber onder. Ze staan een stuk vaster dan de oude.” Over de goudenschoenenformule wil hij liever niets kwijt. “Het is niet mysterieus, maar ieder heeft zijn eigen dingen. Iedere vereniging maakt zijn eigen schoeisel. Het is wel pionieren, ja.”

De kracht komt voornamelijk uit de benen. Eigenlijk gebruik je je armen alleen om het touw op zijn plek te houden.

Tijmen van Rossum

De twee groepen mannen staken de strijd met de stellage en gaan nu tegenover elkaar staan voor een oefenpartij. Als het touw krakend strak komt te staan, klinkt al voorzichtig gepuf. “Het is constant spanning leveren en aan blijven persen”, zegt Van Rossum. “Het ziet er misschien ontspannen uit, maar je bent continu bezig om grip te houden en om de spanning in de benen te houden.”

Technisch en tactisch

Want, legt de aanvoerder uit, het is een misvatting dat het bij touwtrekken vooral aankomt op de armspieren. “De kracht komt voornamelijk uit de benen. Daarvoor is het belangrijk dat je een goede rompstabiliteit hebt. Eigenlijk gebruik je je armen alleen om het touw op zijn plek te houden.”

Als Van Deelen het startsein geeft vanaf de kant begint het sparren. Teamgenoten schreeuwen in koor het tempo. “Eén, twee! Eén, twee!”

“Het is een heel technische sport, al zouden mensen dat niet meteen verwachten. Je bent continu je balans aan het zoeken naar welk been je uitdrukt. Maar daarnaast zit er ook veel tactiek in. En het is een teamsport”, vertelt Van Rossum.

Touwtrekken

Drie keer per week traint het team van TTV Lagerweij in de werkplaats in Renswoude, in voorbereiding op de grote toernooien. Touwtrekken mag de olympische status dan kwijt zijn, er wordt ambitieus toegewerkt naar EK’s, WK’s en World Games.

“We zijn en blijven amateursporters”, zegt Van Rossum. “En we zijn allemaal liefhebbers. Maar dat neemt niet weg dat we op het hoogste niveau willen acteren.” Of dat ook op olympisch niveau kan, betwijfelt hij. “Dat willen we natuurlijk graag. Maar de sport is niet mondiaal genoeg.”

Dat neemt voor Van Rossum niet weg dat touwtrekken – zeker in een tijd waar krachttraining op de sportschool door velen wordt beoefend – een mooie olympische toevoeging zou zijn. “Zeker als er wat aan het format wordt geschaafd en de sport goed in beeld wordt gebracht, denk ik dat het heel attractief kan zijn.”

Continue Reading